Zwartgevleugelde Engel. Amy Blankenship
on>
Zwartgevleugelde Engel
De Bewaker Van Het Kristallen Hart Serie Boek 7
Amy Blankenship, RK Melton
Translator: Jeanne Bruggeman
Copyright © 2010 Amy Blankenship
Engelse versie gepubliceerd door Amy Blankenship
Tweede druk gepubliceerd door TekTime
Alle rechten voorbehouden
Proloog – Darious
De klokken in de toren van het klooster luidden als een alarm, hoewel er niemand in de klokkentoren was die aan de touwen trok. Bliksem flitste over de binnenplaats toen de storm uit het niets opstak, en de genadeloze harde wind droeg de scherpe stank van de dood met zich mee. Aan de horizon verscheen een onheilspellende donkere wolk, die in een moordend tempo op het klooster afkwam.
De kloostermonniken hielden hun wapens van hout, beenderen en goud in de aanslag, en vielen aan als soldaten. Ze hadden hun hele leven getraind voor deze oorlog... voor dit ene moment, net zoals hun voorouders dat ook al meer dan een millennium hadden gedaan. Uit de enorme bibliotheek werden de heilige rollen van macht en magie opgediept om hun taak uit te kunnen voeren.
De donkerblauwe en amethistkleurige mantels van de monniken wapperden in de wind, ze waren erop voorbereid om een oorlog uit te vechten waarvan ze allemaal in het geheim hadden gebeden dat die niet in hun leven zou plaatsvinden.
Als eerste kwamen de getrainde boogschutters naar voren. Hun bogen waren gespannen, hun pijlen gloeiden met een hemelse blauwe gloed. Zwijgend stonden ze tegenover een vijand die geen van hen echt kon verslaan.
Toen de wolk dichterbij kwam, werd het duidelijk dat het helemaal geen wolk was, maar een heel legioen demonen dat erop uit was om de mensheid te vernietigen. Dit klooster en zijn monniken waren de enige en laatste hoop van de mensheid. In de lucht klonk een diep, bijna kalm gezoem. De monniken spraken de beschermende spreuken uit, de vastberadenheid glom in hun ogen.
In de heilige geschriften was al voorspeld dat de komende duisternis een demonenplaag zou ontketenen. Er was voorspeld dat als deze strijd voorbij was, de overlevende demonen zich over de vier windrichtingen van de aarde zouden verspreiden, om achter de mystieke Bewakers aan te gaan die ooit dit land hadden beschermd zoals de monniken het zegel beschermden.
Waarom de Bewakers en hun priesteres nog niet waren verschenen was voor sommigen een raadsel, maar voor de oudsten was het geen verrassing. Dit was iets wat zelfs het lot niet kon tegenhouden.
Een werd een onuitgesproken bevel gegeven en de boogschutters lieten hun pijlen los. Demonen vielen in de pijlengolf en de eerste boogschutters deden een stap terug, zodat anderen hun plaats in konden nemen. Meer pijlen vlogen over de eens groene velden om de demonen te vernietigen. Het leek een zinloze actie, omdat er voor elke vernietigde demon er tien zijn plaats innamen.
De boogschutters trokken zich terug, het was tijd dat de heilige rollen werden ingezet. Er verscheen een barrière rond het klooster, maar geen van de monniken wist hoe ze de volledige kracht van de rollen op konden roepen. De ouden hadden de rollen geschreven en door de eeuwen heen was hun kennis verloren gegaan. De monniken deden wat ze konden, wat precies genoeg was om wat extra tijd te winnen.
Er werden bevelen geroepen, de poorten van het klooster werden gesloten en vergrendeld met het zegel van bescherming om ze een paar minuten respijt te geven. Iedereen keek van de een naar de ander, ze wisten allemaal dat dit de laatste keer zou zijn dat ze elkaar op dit bestaansniveau zouden zien.
Ze klampten zich allemaal vast aan de legende waarover gesproken werd in de rollen; de legende over een man die door ketenen gebonden was door de demonen die deze wereld wilden vernietigen. De legende waarin geschreven stond dat de demonen hem tijdens de opstand onbedoeld zouden vergeten.
Hij... een kind van ongetemde woede en melancholie, met het temperament van de duisterste engelen en de kracht om de poort te sluiten, waardoor de demonen wel in deze wereld zouden worden opgesloten, maar dat er niet meer zouden volgen. Dit kind zou de demonen een voor een opjagen en ze terugsturen naar het rijk van de duisternis, waar ze thuishoorden... en hij zou wraak nemen op degenen die hem zo lang gevangen hadden gehouden.
In sommige van de legenden werd hij omschreven als een god, terwijl hij in anderen werd neergezet als een duivel die de goden wil doden om zo zijn vrijheid te verkrijgen. Zij hadden hem een naam gegeven, al was het alleen maar zodat ze hem in hun gebeden konden aanroepen... Darious.
De poorten van het klooster kreunden onder de druk toen de demonen ze eindelijk bereikten. Het dikke hout kraakte en versplinterde terwijl het zegel dat de poort gesloten hield langzaam zwakker werd en uiteindelijk brak. De poorten gingen open en als een vloedgolf van dood en bloed zwermden de demonen naar binnen, onderweg alles en iedereen vernietigend wat ze tegenkwamen.
Olievaten vol olie voor de fakkels vielen om en bedekten degenen die de pech hadden dat ze zo dichtbij stonden. De muren vlogen in brand... en veroorzaakten een inferno dat misschien wel met de hel zelf vergeleken kon worden. De grond barstte open en er kwamen nog meer demonen omhoog.
Toen begon het te regenen. De regen trok over het door vuur overspoelde klooster dat weigerde te buigen voor de grillen van de elementen. Een voor een sneuvelden de monniken, ze stikten in hun eigen bloed terwijl ze baden voor hun redding... dat de legende uit zou komen. Er waren al duizenden demonen door de poort gekomen en de monniken kenden geen barrière die sterk genoeg was om ze ervan te weerhouden het land om hen heen binnen te vallen.
Een enorme donderklap gevolgd door een felle bliksemflits aan de hemel veroorzaakte een hevige schokgolf, en het klooster stortte in.
Toen de wind was gaan liggen en de regen plotseling ophield, was het oorverdovend stil. Het kalme oog van de storm bevond zich boven de overblijfselen van het klooster; de cycloon waaide om het klooster heen en sloot de demonen en de monniken in.
De monniken die nog leefden richtten hun ogen naar de hemel en mompelden gebeden. Degene van wie ze dachten dat hij de verlosser was, was veel angstaanjagender dan de demonen die hem waren voorgegaan.
Hij stond in het oog van zijn eigen storm, met de kettingen van zijn gevangenschap bungelend aan zijn voeten en polsen... de dikste van de kettingen nog steeds om zijn nek gewikkeld. Ze rinkelden onheilspellend in de stilte, en waren bedekt met het bloed van de demonen die hij tijdens zijn ontsnapping had gedood.
Zijn lange zwarte haren wapperden zachtjes, maar of het was onmogelijk te zeggen of dat door de storm kwam of door zijn eigen kracht. Hij was naakt, en bloed sijpelde door de verse wonden die hij had opgelopen, een teken van de strijd die hij had geleverd om zo ver te komen. Op zijn rug waren twee littekens te zien waar ooit prachtige vleugels hadden gezeten.
Terwijl hij zijn perfecte gezicht naar de hemel ophief, vielen er tranen van bloed uit zijn zilvergrijze ogen. De grond onder zijn voeten beefde opnieuw en kwam omhoog, ving veel van de demonen en herstelde de poort, waarna hij hem verzegelde.
Een helderwit licht verspreidde zich over het landschap, waarbij de overgebleven demonen uiteenspatten en naar alle uithoeken van de wereld werden verstrooid.
Darious liet zijn blik zakken op het centrum van wat eens een groots klooster was geweest. Daar, gehuld in een zachte engelachtige gloed stond een beeldje van een knielende maagd, haar handen uitgestrekt alsof ze hem vroeg om iets dat hij haar niet kon geven. Met de volgende bliksemschicht verdween het beeld van het meisje.
Hoofdstuk 1 ‘Kwaadaardig gelach’
Normaal gesproken joeg de film, 'Evil Dead 2' haar de stuipen op het lijf. Gelukkig was Kyoko zo slaperig dat ze zelfs het tv-scherm nauwelijks zag, en dat wilde heel wat zeggen aangezien het een 73-inch surround-sound cinemasysteem was. Ze knipperde een paar keer met haar ogen en schrok toen wakker, terwijl ze haar hoofd optilde om op de digitale klok aan de voorkant van de dvd-speler te kijken. Drie uur 's nachts! Even haar ogen dichtdoen had haar de das omgedaan. Ze had meer dan een uur geslapen.
Kyoko had de gewoonte om wakker te blijven tot ze wist dat