Скачать книгу
den Dinornis overtrof en, evenals deze, het vermogen om te vliegen miste. Men heeft hem Aepyornis maximus genoemd en ook nog twee kleinere soorten van ’t zelfde geslacht onderscheiden. Gezamenlijk vormen deze, volgens Fürbringer, een onderorde – die der Madagassische Reuzenvogels (Aepyornithes) – , welke op die der Hoenderkoeten behoort te volgen. De afmetingen van één der gevonden eischalen waren 34 bij 22.5 cM. (schaaldikte 3 mM.; inhoud 8.75 L.). Haar volume kwam dus overeen met dat van 6 eieren van een Afrikaanschen Struis, 12 van een Nandoe, 16½ van een Kasuaris, 148 van een Huishoen en 50000 van een Dwergkolibrie.