Kieswet – KW. Nederland

Kieswet – KW - Nederland


Скачать книгу
te vinden, twee weken. De voorzitter van de Afdeling kan een kortere termijn stellen.

      4. De Afdeling behandelt de zaak met toepassing van afdeling 8.2.3 van de Algemene wet bestuursrecht. Afdeling 8.2.4 blijft buiten toepassing. Aan burgemeester en wethouders wordt terstond een afschrift van het beroepschrift gezonden.

      Artikel D 10

      Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld betreffende de registratie van de kiesgerechtigdheid.

Hoofdstuk E. Kieskringen en stembureaus

      § 1. De kieskringen

      Artikel E 1

      1. Voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer wordt Nederland verdeeld in kieskringen, overeenkomstig de bij deze wet gevoegde tabel.

      Nummer van de kieskring

      Gebied waarover de kieskring zich uitstrekt

      Gemeente waar het hoofdstembureau is gevestigd

      1.

      De provincie Groningen

      Groningen

      2.

      De provincie Fryslân

      Leeuwarden

      3.

      De provincie Drenthe

      Assen

      4.

      De provincie Overijssel

      Zwolle

      5.

      De provincie Flevoland

      Lelystad

      6.

      De gemeenten Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel.

      Nijmegen

      7.

      De gemeenten van de provincie Gelderland die niet tot kieskring 6 behoren.

      Arnhem

      8.

      De provincie Utrecht

      Utrecht

      9.

      De gemeente Amsterdam

      Amsterdam

      10.

      De gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Beverwijk, Blaricum, Bloemendaal, Bussum, Diemen, Haarlem, Haarlemmerliede en Spaarnewoude, Haarlemmermeer, Heemskerk, Heemstede, Hilversum, Huizen, Laren, Muiden, Naarden, Ouder-Amstel, Uithoorn, Velsen, Weesp, Wijdemeren, Zandvoort.

      Haarlem

      11.

      De gemeenten van de provincie Noord-Holland die niet tot de kieskringen 9 of 10 behoren.

      Den Helder

      12.

      De gemeente 's-Gravenhage

      's-Gravenhage

      13.

      De gemeente Rotterdam

      Rotterdam

      14.

      De gemeenten Alblasserdam, Albrandswaard, Barendrecht, Bernisse, Binnenmaas, Brielle, Cromstrijen, Delft, Dirksland, Dordrecht, Giessenlanden, Goedereede, Gorinchem, Graafstroom, Hardinxveld-Giessendam, Hellevoetsluis, Hendrik-Ido-Ambacht, Korendijk, Leerdam, Liesveld, Maassluis, Middelharnis, Midden-Delfland, Nieuw-Lekkerland, Oostflakkee, Oud-Beijerland, Papendrecht, Ridderkerk, Rozenburg, Rijswijk, Schiedam, Sliedrecht, Spijkenisse, Strijen, Vlaardingen, Westland, Westvoorne, Zederik, Zwijndrecht.

      Dordrecht

      15.

      De gemeenten van de provincie Zuid-Holland die niet tot de kieskringen 12, 13 of 14 behoren.

      Leiden

      16.

      De provincie Zeeland

      Middelburg

      17.

      De gemeenten Aalburg, Alphen-Chaam, Baarle-Nassau, Bergen op Zoom, Breda, Dongen, Drimmelen, Etten-Leur, Geertruidenberg, Gilze en Rijen, Goirle, Halderberge, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Moerdijk, Oisterwijk, Oosterhout, Roosendaal, Rucphen, Steenbergen, Tilburg, Waalwijk, Werkendam, Woensdrecht, Woudrichem, Zundert.

      Tilburg

      18.

      De gemeenten van de provincie Noord-Brabant die niet tot kieskring 17 behoren.

      's-Hertogenbosch

      19.

      De provincie Limburg.

      Maastricht

      20.

      De openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

      Bonaire

      2. De kieskringen voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, voor zover gelegen in het Europese deel van Nederland, vormen tevens de kieskringen voor de verkiezing van de leden van provinciale staten. Provinciale staten kunnen voor de verkiezing van de leden van provinciale staten deze kieskringen in meer kieskringen verdelen.

      3. Voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad vormt elke gemeente één kieskring.

      Artikel E 2 [Vervallen per 01-01-2010]

      § 2. De stembureaus

      Artikel E 3

      1. Burgemeester en wethouders stellen één of meer stembureaus in de gemeente in.

      2. Een stembureau bestaat uit een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen aantal leden, van wie er één voorzitter is.

      Artikel E 4

      Burgemeester en wethouders benoemen tijdig voor elke verkiezing de leden van elk stembureau en een voldoend aantal plaatsvervangende leden.

      § 3. De hoofdstembureaus

      Artikel E 5

      1. Voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer wordt voor elke kieskring een hoofdstembureau ingesteld. Het is gevestigd in de gemeente, daartoe aangewezen in de tabel, genoemd in artikel E 1, eerste lid.

      2. Het hoofdstembureau bestaat uit vijf leden, van wie er één voorzitter en één plaatsvervangend voorzitter is.

      3. Voorzitter is de burgemeester van de gemeente waar het hoofdstembureau is gevestigd. De plaatsvervangend voorzitter en de andere leden, alsmede drie plaatsvervangende leden, worden benoemd en ontslagen door Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

      Artikel E 6

      1. Voor de verkiezing van de leden van provinciale staten wordt voor elke kieskring een hoofdstembureau ingesteld. Het is gevestigd in de gemeente, daartoe aangewezen door provinciale staten.

      2. Het hoofdstembureau bestaat uit vijf leden, van wie er één voorzitter en één plaatsvervangend voorzitter is.

      3. Voorzitter is de burgemeester van de gemeente waar het hoofdstembureau is gevestigd. De plaatsvervangend voorzitter en de andere leden, alsmede drie plaatsvervangende leden, worden benoemd en ontslagen door gedeputeerde staten.

      Artikel E 7

      1. Voor


Скачать книгу