Het Urantia Boek. Urantia Foundation
levensreacties van zulk een door de geest geleide sterveling, ‘want de vruchten van de geest zijn liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, vriendelijkheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, en zelfbeheersing.’ Zulke door de geest geleide en goddelijk verlichte stervelingen, die nog de nederige paden van moeizame arbeid begaan en in menselijke getrouwheid de plichten van hun aardse taken volbrengen, zijn intussen reeds begonnen de lichten van het eeuwige leven te ontwaren die op de verre kusten van een andere wereld schemeren; zij zijn reeds de werkelijkheid gaan begrijpen van de inspirerende, troostende waarheid: ‘Het koninkrijk Gods is geen spijs en drank, maar rechtvaardigheid, vrede, en blijdschap in de Heilige Geest.’ En gedurende iedere beproeving en in iedere tegenspoed worden uit de geest geboren zielen geschraagd door de hoop die alle vrees te boven gaat, omdat de liefde Gods in ieder hart wordt uitgestort door de aanwezigheid van de Goddelijke geest.
7. De Geest en het vlees
34:7.1 (382.1) Het vlees, de aangeboren natuur die van de geslachten van dierlijke oorsprong stamt, draagt niet van nature de vruchten van de goddelijke Geest. Wanneer de natuur van de sterveling op hoger niveau is gebracht door de toevoeging van de natuur van de Materiële Zonen van God, zoals de volken van Urantia in zekere mate vooruit zijn gebracht door de zelfschenking van Adam, dan is er een betere weg gebaand voor de Geest van Waarheid om samen te werken met de inwonende Richter teneinde in het karakter de schone oogst aan vruchten van de geest voort te brengen. Indien ge deze geest niet afwijst ‘zal hij u de weg wijzen tot alle waarheid,’ ook al zal hij de eeuwigheid misschien nodig hebben om deze opdracht te vervullen.
34:7.2 (382.2) Evolutionaire stervelingen die wonen op normale werelden, waar geestelijke vooruitgang heerst, ervaren niet de hevige conflicten tussen de geest en het vlees die de huidige volken van Urantia kenmerken. Maar zelfs op de meest ideale planeten moet de voor-Adamische mens positieve inspanningen aan de dag leggen om van het zuiver dierlijke bestaansniveau, via opeenvolgende niveaus van steeds intellectuelere betekenissen en hogere geestelijke waarden omhoog te komen.
34:7.3 (382.3) De stervelingen op een normale wereld ervaren geen voortdurende strijd tussen hun lichamelijke en geestelijke natuur. Zij zien zich wel geplaatst voor de noodzaak om op te klimmen van de dierlijke niveaus van bestaan naar de hogere niveaus van geestelijk leven, doch vergeleken met de hevige conflicten van de stervelingen van Urantia op dit gebied van de divergente materiële en geestelijke natuur, heeft deze opgang meer het karakter van een leerzame opleiding.
34:7.4 (382.4) De volkeren van Urantia lijden onder de gevolgen van het feit dat zij tweemaal verstoken zijn gebleven van hulp bij deze taak om progressieve geestelijke vooruitgang voor de planeet te bewerkstelligen. De Caligastia-beroering heeft de gehele wereld in verwarring gestort en alle volgende generaties beroofd van de morele bijstand die een goed geordende gemeenschap hun verschaft zou hebben. Maar de nalatigheid van Adam was nog rampzaliger, omdat deze de volkeren beroofde van een fysieke natuur van de superieure soort, die beter zou hebben gestrookt met geestelijke aspiraties.
34:7.5 (382.5) De stervelingen van Urantia zijn gedwongen tot deze uitgesproken strijd tussen de geest en het vlees, omdat hun verre voorouders niet vollediger zijn geAdamiseerd door de zelfschenking in Eden. Het goddelijke plan was dat de geslachten der stervelingen op Urantia fysieke gedaanten zouden krijgen die van nature meer responsief zijn op geest.
34:7.6 (382.6) Ondanks deze dubbele ramp voor ’s mensen natuur en zijn omgeving zouden de nu levende stervelingen deze ogenschijnlijke oorlog tussen het vlees en de geest minder sterk ervaren, indien zij zouden willen binnengaan in het geestelijke koninkrijk waar de geloofszonen van God een betrekkelijke bevrijding genieten van de slavernij van het vlees in het verlichte, bevrijdende dienstbetoon van oprechte toewijding aan het doen van de wil van de Vader in de hemel. Jezus heeft de mensheid de nieuwe manier van sterfelijk leven getoond, waardoor mensen voor een zeer groot gedeelte kunnen ontkomen aan de rampzalige gevolgen van de rebellie van Caligastia en waardoor de ontberingen die het gevolg zijn van de Adamische nalatigheid zeer doeltreffend worden gecompenseerd. ‘De geest van het leven van Christus Jezus heeft ons vrijgemaakt van de wet van het dierlijk leven en de verzoekingen van het kwaad en de zonde.’ ‘Dit is de overwinning die het vlees overwint, te weten uw geloof.’
34:7.7 (383.1) De Godkennende mannen en vrouwen die uit de Geest zijn geboren, ondervinden niet méér conflicten met hun sterfelijke natuur dan de inwoners van de meest normale werelden, planeten die nimmer bezoedeld zijn geweest door zonde of door rebellie zijn getroffen. Geloofszonen werken op intellectuele niveaus en leven op geestelijke hoogten ver boven de conflicten die voortkomen uit onbeheerste of onnatuurlijke fysieke verlangens. De normale neigingen van dierlijke wezens en de natuurlijke begeerten en impulsen van de fysieke natuur zijn niet in strijd met zelfs de hoogste geestelijke vorderingen, behalve in het denken van onwetende, verkeerd onderrichte mensen, of mensen die helaas al te consciëntieus zijn.
34:7.8 (383.2) Nu ge de weg van het eeuwig leven zijt ingeslagen, nu ge uw aanstelling hebt aanvaard en uw orders om voorwaarts te gaan hebt ontvangen, moet ge niet bang zijn voor de gevaren van menselijke vergeetachtigheid en van de onstandvastigheid van stervelingen; raak niet verontrust door twijfel aan uw welslagen of door verbijsterende verwarring, wankel niet en trek uw status en positie niet in twijfel, want in ieder donker uur, bij iedere kruising van de weg waarop ge voortworstelt, zal de Geest van Waarheid altijd spreken en tot u zeggen: ‘Dit is de weg.’
34:7.9 (383.3) [Aangeboden door een Machtige Boodschapper die tijdelijk is aangesteld om op Urantia te dienen.]
Het Urantia Boek
<< Verhandeling 34 | Titels | Inhoudsopgave | Verhandeling 36 >>
Verhandeling 35
De Zonen van God in het Plaatselijk Universum
35:0.1 (384.1) DE Zonen van God die hier tot dusver zijn geïntroduceerd hebben een Paradijs-oorsprong. Zij zijn de nakomelingen van de goddelijke Regeerders van de universele domeinen. Van de eerste orde der Paradijs-zonen, de Schepper-Zonen, bevindt zich slechts één in Nebadon: Michael, de vader en soeverein van het universum. Van de tweede orde Paradijs-zonen, de Avonal- of Magistraat-Zonen, heeft Nebadon zijn volle contingent — 1.062. Deze ‘lagere Christussen’ zijn even doeltreffend en alvermogend in hun planetaire zelfschenkingen als de Schepper- en Meester-Zoon op Urantia is geweest. Aangezien de derde orde van de Triniteit afstamt, staan dezen niet in een plaatselijk universum geregistreerd, doch ik schat dat er in Nebadon tussen de vijftien en twintigduizend Leraar-Zonen van de Triniteit zijn, naast de 9.642 door schepselen getrinitiseerde assistenten die hier zijn geregistreerd. Deze Dagelingen uit het Paradijs zijn magistraten noch bestuurders, maar superleraren.
35:0.2 (384.2) De typen Zonen die wij nu gaan behandelen, hebben hun oorsprong in het plaatselijk universum; zij zijn nakomelingen van een Schepper-Zoon uit het Paradijs, in gevarieerde associatie met de complementaire Moeder-Geest van het Universum. De navolgende orden van zonen in het plaatselijk universum worden in deze verhandelingen vermeld:
35:0.3 (384.3) 1. Melchizedek-Zonen;
35:0.4 (384.4) 2. Vorondadek-Zonen;
35:0.5 (384.5) 3. Lanonandek-Zonen;
35:0.6 (384.6) 4. Levendrager-Zonen.
35:0.7 (384.7) De Drieëenige Paradijs-Godheid functioneert ten behoeve van de schepping van drie orden van Zonen: de Michaels, de Avonals en de Dagelingen. De Tweevoudige Godheid in het plaatselijk universum, de Zoon en de Geest, functioneert eveneens bij de schepping van drie hoge orden van Zonen: de Melchizedeks, de Vorondadeks en de Lanonandeks; nadat zij deze drievoudige uitdrukking hebben bereikt, werken zij bovendien samen met het volgende niveau van God de Zevenvoudige bij de voortbrenging van de